De eerste stap is simpel maar cruciaal : weten wat je kan en wat je wil. Heb je tijdens je opleiding vooral genoten van gelaatsbehandelingen of ben je juist gek op nagels ? Dat is geen detail, want je specialisatie bepaalt straks niet alleen je klantenkring, maar ook je investering. Persoonlijk vind ik het handig om vooraf eens te kijken op https://centreformationesthetique.fr voor inspiratie over opleidingen en bijscholingen. Je blijft zo bij met trends, en geloof me : klanten voelen dat.

Stap 1: Ondernemingsplan, maar dan op z’n menselijks

Een ondernemingsplan klinkt saai, ik weet het. Maar als je het bekijkt als je eigen “droom op papier zetten”, wordt het een stuk leuker. Schrijf op hoeveel behandelingen je per week wil doen, wat je minimumprijs is, en hoeveel je nodig hebt om je huur en producten te betalen. Reken ook door : wat als er een maand met weinig klanten komt ? Dat gebeurt. Vraag jezelf af : kan ik dan nog ademhalen, of wordt het stressen ?

Stap 2: Locatie, locatie… en sfeer

Je hoeft niet direct een peperdure winkelruimte in hartje centrum. Soms is een kleine, knusse ruimte aan huis perfect. Ik ken iemand in Utrecht die haar garage omtoverde tot mini-spa, met zacht licht en relaxmuziek. Klanten vonden het heerlijk. Denk na : waar voelt jouw stijl thuis ? En wees eerlijk, wil je dat mensen je kinderen zien rondlopen of liever niet ?

Stap 3: Klanten vinden zonder te schreeuwen

Social media werkt, maar niet als je alleen maar foto’s van potjes crème post. Laat je gezicht zien, vertel wat je doet en waarom je het leuk vindt. En ga eens oldschool : flyers bij de bakker, een praatje in de sportschool. Soms komt je eerste vaste klant gewoon van een buurvrouw die je op een verjaardag sprak.

Stap 4: Blijven leren (en genieten)

De schoonheidsbranche verandert snel. Nieuwe technieken, nieuwe producten, andere trends. Als jij elke twee jaar een training volgt, straal je niet alleen zelfvertrouwen uit, maar hou je ook plezier in je werk. Want eerlijk : wie wil er nu dertig jaar exact dezelfde gezichtsbehandeling doen ?

Dus, wil je echt zelfstandig schoonheidsspecialist worden ? Begin klein, denk groot, en vergeet niet waarom je dit doet : mensen laten stralen, en daar zelf ook blij van worden.

Geen zin in ellenlange theorielessen ? Begrijpelijk.

Steeds meer jongeren willen direct iets doen dat *nuttig* voelt. Je handen gebruiken, je hersens aanzetten, en liefst nog een beetje verdienen ook. Gelukkig zijn er opleidingen zat die precies dat bieden. Denk aan mbo-trajecten, BBL-routes of bepaalde professionele bachelors. Er zijn zelfs online platforms zoals https://bachelor-open.com waar je allerlei praktijkgerichte opleidingen naast elkaar kunt vergelijken. Handig als je nog twijfelt of je nu de zorg, techniek of horeca in wilt.

De top 5 meest praktijkgerichte opleidingen (volgens ons)

1. BBL-opleidingen (werken & leren tegelijk)
Serieus, als je snel meters wilt maken én een inkomen wilt, is dit een gouden optie. Je werkt meestal vier dagen per week bij een leerbedrijf en gaat één dag naar school. Denk aan techniek, zorg, logistiek… En ja, je krijgt gewoon betaald.

2. Mbo-niveau 3 & 4 in de zorg of techniek
Misschien niet sexy om over te praten op feestjes, maar wel super waardevol. Ouderenzorg, kraamzorg, elektrotechniek, installatietechniek… dit zijn beroepen waar structureel tekorten zijn. Je hebt werkzekerheid, afwisseling én je doet écht iets voor anderen.

3. Creatieve vakopleidingen
Houd je van maken, creëren, ontwerpen ? Dan is iets als mediavormgeving, grafisch ontwerp of zelfs ambachtelijke beroepen (zoals meubelmaker of goudsmid) misschien jouw ding. Het zijn geen “makkelijke” opleidingen, maar je ziet direct resultaat van je werk – en dat is zó motiverend.

4. Commerciële opleidingen in het mbo of hbo
Denk aan marketing, sales of retail management. Deze zijn vaak veel praktischer ingericht dan je zou denken. Veel stages, projecten met echte opdrachtgevers, en meteen leren hoe je je weg vindt in de zakenwereld.

5. Transport & logistiek
Oké, dit is misschien een niche, maar wél eentje die booming is. Opleidingen tot vrachtwagenchauffeur, logistiek planner of magazijnbeheerder zijn super praktisch en je bent snel inzetbaar. Wist je dat je al op 17,5 jaar mag beginnen met rijlessen voor je vrachtwagenrijbewijs ? Ja echt, check dat even bij een rijschool bij jou in de buurt.

Hoe kies je nu de juiste opleiding ?

Goede vraag. Er is zóveel keus, dat je er soms keuzestress van krijgt. Wat helpt ? Praat met mensen die de opleiding al doen. Ga naar open dagen. Of nog beter : vraag of je een dagje mag meelopen.

En wees eerlijk tegen jezelf. Waar krijg je energie van ? Vind je het fijn om in een team te werken, of liever zelfstandig ? Kun je goed met mensen omgaan, of heb je juist meer met techniek en systemen ? Geen enkel antwoord is fout – het gaat erom dat jij je plek vindt.

Tot slot : het is oké om nog te twijfelen

Serieus, niet iedereen weet op z’n 18e al wat-ie wil doen met z’n leven. En dat hoeft ook niet. Maar als je nu al voelt : “ik wil niet nog jaren in de schoolbanken zitten zonder doel” – dan is een praktijkgerichte opleiding echt het overwegen waard.

Het kan het begin zijn van iets moois. Iets dat bij jou past. Iets echts.

Franchement, het is even zoeken. Niet elke rijschool biedt lessen in het Engels aan. En de websites… die zijn soms allesbehalve duidelijk. Een tip van iemand die zelf ook ooit verdwaald was in het Nederlands verkeersjargon : zoek gericht naar drivingschools for expats. En als je ondertussen je Engels opfrissen wil (zeker als je professioneel of academisch bezig bent), dan is https://coursanglais-enligne.com echt een handige site om erbij te pakken. Want ja, goed Engels helpt óók bij de theorie-examens !

Waarom niet elke rijschool geschikt is voor expats

Laten we eerlijk zijn : een rijinstructeur die nauwelijks Engels spreekt… dat is gewoon frustrerend. Zeker als je nog moet leren schakelen op die gekke Nederlandse fietspaden vol studenten, bakfietsen en scooters die overal vandaan lijken te komen.

En dan is er nog het theorie-examen. Dat kun je in het Engels afleggen, gelukkig. Maar daar moet je dan wél op voorbereid worden in het Engels. Niet alle rijscholen bieden dat aan. Sommige zeggen “Engelse lessen mogelijk”, maar in de praktijk krijg je gewoon Google Translate op het dashboard. No thanks.

Waar moet je op letten bij het kiezen van een rijschool ?

Persoonlijk zou ik letten op drie dingen :

• Communicatie: Reageert de rijschool snel op mail of WhatsApp ? En in goed Engels ?
• Ervaring met expats: Vraag er gewoon naar. Hebben ze al eerder met internationals gewerkt ?
• Theorietraining in het Engels: Niet onbelangrijk. Theorie is vaak het struikelblok, zeker als je nog niet 100% thuis bent in het verkeer hier.

Ik heb ooit een les gehad bij een instructeur in Den Haag die me halverwege de les vroeg wat “roundabout” betekent. Tja…

Waarom Kuiper Rijschool een goede keuze is als expat

Als je in (de buurt van) Almere woont, is Kuiper Rijschool echt een aanrader. Niet omdat ik hier nu een artikel voor schrijf (oké, een béétje daarom), maar vooral omdat ze wél snappen wat expats nodig hebben.

Ze bieden lessen aan in het Engels, en dat is geen loze belofte. Hun instructeurs spreken vloeiend Engels – geen gebrekkige schoolzinnen, maar echt vlot, met geduld en humor. Je voelt je niet dom als je iets drie keer moet vragen. En dat is goud waard.

Bovendien : hun begeleiding richting het theorie-examen is duidelijk, gestructureerd en – jawel – ook in het Engels beschikbaar. Persoonlijk vind ik hun aanpak super menselijk. Niet dat militaire “je moet dit nu kunnen”-gedoe, maar echt begeleiding op maat.

Conclusie : kies slim, kies met je gevoel

Ben je expat in Nederland en wil je je rijbewijs halen ? Dan heb je meer nodig dan alleen een rijschool. Je hebt iemand nodig die je begrijpt, letterlijk én figuurlijk.

Kijk goed naar wat je belangrijk vindt : duidelijke uitleg, Engels als voertaal, flexibiliteit qua planning… En vertrouw een beetje op je onderbuikgevoel. Als een eerste contact stroef voelt, is dat meestal geen goed teken.

En jij ? Heb jij al een rijschool gevonden waar je je écht op je gemak voelt ? Of nog zoekende ? Laat het vooral weten – ervaringen delen helpt echt anderen verder !

Frans, Engels, Duits… of zelfs iets als Zweeds of Japans : wat je nodig hebt hangt natuurlijk af van je bestemming. Maar één ding staat vast : je hoeft écht niet perfect te zijn. Serieus, niemand verwacht dat je foutloos praat vanaf dag één. Wat je wél nodig hebt, is een degelijke basis en vooral : durven spreken, zelfs als je struikelt over je zinnen. Als je twijfelt over het niveau van je kind of jezelf in het Engels, kijk eens op https://cours-anglais-enfant.fr – daar staan toffe tips en cursussen speciaal voor beginners (en dat mag ook als je al 25 bent, hé).

Welke taal op welk niveau ? Het hangt ervan af

Veel universiteiten vragen een officieel bewijs van je taalniveau : denk aan TOEFL of IELTS voor Engels, DELF voor Frans, TestDaF voor Duits… Maar de waarheid ? Soms kun je er ook zonder binnenkomen, zeker bij Erasmus-programma’s. Daar is B1 of B2 vaak genoeg. En ja, dat klinkt vaag, maar het betekent eigenlijk : je moet je kunnen redden in gewone situaties, en een beetje meedraaien in de les.

Toen ik zelf naar Madrid vertrok, had ik net m’n B2 Spaans gehaald. Nou, die eerste week snapte ik letterlijk niks van de professor – het ging zó snel. Maar na drie weken ? Ik zat gewoon grapjes te maken met m’n klasgenoten. Taal leer je pas echt als je erin ondergedompeld wordt. En geloof me, fouten maken hoort erbij.

Wat moet je echt kunnen voor je vertrekt ?

Even heel praktisch dan. Dit moet je min of meer onder de knie hebben voor een soepele start :

• Basisgesprekken voeren : jezelf voorstellen, iets bestellen, de weg vragen.
• Een simpele mail of bericht schrijven : naar een docent of klasgenoot.
• Instructies begrijpen : tijdens colleges, opdrachten, examens.
• Durven praten, ook al is het niet perfect.

Als je dat kan, ben je al zó veel verder dan je denkt. Veel studenten onderschatten hoeveel ze eigenlijk al weten. En vergeet niet : je groeit echt elke dag als je daar bent. Je leert meer in drie maanden buitenland dan in drie jaar klaslokaal. Zonder overdrijven.

En als je de taal nog niet beheerst ?

Dan ? Dan begin je gewoon met oefenen. YouTube, podcasts, tandem-apps, boeken in de taal die je gaat gebruiken… En start met praten. Hardop, tegen jezelf, tegen je hond, tegen ChatGPT (ja, echt). Je hoeft niet te wachten tot je “klaar” bent om te vertrekken. Je leert onderweg.

Tip van mij : als je twijfelt, kies een land waar veel Engelstalig wordt lesgegeven. Scandinavië bijvoorbeeld is supertoegankelijk – bijna iedereen daar spreekt vloeiend Engels. Maar ook in Duitsland of Italië vind je Engelstalige opleidingen. Check altijd goed de taalvereisten van de school. Soms staat dat wat verstopt in de kleine lettertjes op hun site, dus lezen maar.

Conclusie ? Je hoeft niet perfect te zijn. Maar je moet durven.

Laat je niet tegenhouden door een paar grammaticale hobbels. Het draait om communicatie, niet om foutloos zijn. En weet je wat ? De meeste mensen zijn juist super aardig als ze merken dat je moeite doet om hun taal te spreken. Dat opent deuren. Echt waar.

Dus… waar wacht je nog op ? Welke taal ga jij binnenkort gebruiken aan de andere kant van Europa ?

Wat wél helpt, is voorbereiding. En nee, dan heb ik het niet alleen over je lessen bij Kuiper Rijschool (die je natuurlijk top voorbereiden), maar ook over je mindset, je routine en zelfs de dag voor je examen. En als je trouwens ook nadenkt over een opleiding ná het rijbewijs – bijvoorbeeld iets in de mobiliteit of transportsector – dan is https://continentalacademie.net een goeie plek om eens rond te kijken. Maar goed, terug naar dat rijbewijs.

1. Kies een rijschool die bij je past (ja, dat maakt uit !)

Niet elke instructeur is jouw type mens. En dat is oké. Persoonlijk vond ik het verschrikkelijk om les te krijgen van iemand die constant zat te zuchten als ik iets fout deed. Bij Kuiper Rijschool merk je meteen : hier draait het om vertrouwen. Geen robotachtige feedback, maar échte begeleiding. De klik met je instructeur is zó belangrijk. Zonder dat, blijft je stressniveau gewoon hoog.

2. Oefen realistische situaties – en herhaal ze

Wat ik altijd lastig vond ? Invoegen op de snelweg. Mijn hart ging áltijd tekeer als ik dat zag aankomen. Tot m’n instructeur zei : “We gaan het drie keer achter elkaar doen.” En ja hoor, de derde keer was ik al veel zekerder. Het is een simpel trucje : je brein went eraan. Oefen juist de dingen die je eng vindt. Niet vermijden, maar aanpakken.

3. Simuleer je examen (ook qua stress)

Weet je wat helpt ? Een testrit doen alsof het je echte examen is. Geen grap. Zet je mobiel uit, kleed je zoals je zou doen op examendag, en rijd met je instructeur alsof je slaagt of zakt op wat je doet. Het klinkt een beetje overdreven misschien, maar je merkt meteen waar de stress toeslaat – en je leert ermee omgaan. Echt, ik had ineens in de gaten dat ik bij elk stopbord onbewust m’n adem inhield.

4. De dag vóór het examen : géén les meer

Geloof me : de dag voor je examen nog een rijles proppen is zelden een goed idee. Het maakt je vaak alleen maar nerveuzer. Wat wél helpt ? Iets compleet anders doen. Wandelen, film kijken, uit eten gaan. Iets waar je blij van wordt. En ja, leg die theorieboeken even weg. Je weet het nu wel. Laat je brein rusten.

5. Op de dag zelf : geef jezelf de tijd

Sta op tijd op. Echt, begin de dag niet gehaast. Eet iets lichts (geen vette hap, je wil geen buikpijn) en neem iets kleins mee voor onderweg. En kom een beetje eerder aan bij het examencentrum – niet te vroeg, maar zeker niet gestrest net op tijd. Ik kwam toen tien minuten eerder aan, ging even wandelen rond het gebouw en haalde diep adem. Klinkt cheesy, maar het werkte.

Dus… kan het zonder stress ?

Helemaal zonder stress ? Misschien niet. Maar met de juiste voorbereiding, de goede rijschool en wat slimme trucs, wordt het ineens veel behapbaarder. En weet je ? Een beetje spanning is oké. Het laat zien dat je het serieus neemt. Maar laat het je niet blokkeren. Geloof in jezelf, vertrouw op je lessen, en ga ervoor. Je kan dit. Echt.

Hier zijn 7 opleidingen waarmee je een diploma op zak kunt hebben zonder universiteit. En ja, ze leiden écht tot een beroep. Sommige zijn kort, andere vragen wat meer tijd — maar geen enkele vraagt om een universitaire inschrijving.

1. MBO Verpleegkundige (niveau 4)

Hou je van zorgen voor mensen, maar zie je jezelf niet jarenlang in een collegezaal? Dan is dit misschien wel wat voor jou. Als MBO-verpleegkundige werk je in ziekenhuizen, verzorgingshuizen of de thuiszorg. De opleiding duurt 3 à 4 jaar, en je leert alles wat je moet weten op een heel praktische manier. Veel stages, veel praktijk. Geen dikke boeken over filosofie van de geneeskunde (je mist niks, geloof me).

2. Schoonheidsspecialist(e) – MBO niveau 3 of 4

Voor de mensen met een oog voor detail en een passie voor huidverzorging: dit is jouw domein. Je leert alles over gelaatsbehandelingen, massages, productkennis… én klantencontact. De sfeer op dit soort opleidingen is vaak hecht en praktisch ingesteld. Veel mensen starten daarna hun eigen salon — dat vind ik zelf wel stoer.

3. ICT-beheerder – MBO niveau 4

Technisch ingesteld? Vind je het leuk om systemen te beheren, problemen op te lossen en netwerken te bouwen? Dan is ICT-beheer een slimme zet. Je hoeft geen universitaire wiskunde te snappen om hier goed in te zijn. Wat telt, is logisch denken en een beetje doorzettingsvermogen. Er is sowieso vraag naar techneuten — geloof me, zelfs je buurman belt je straks voor z’n WiFi.

4. Monteur Mechatronica – BBL-traject

Als je houdt van sleutelen én techniek, is mechatronica een boeiende combinatie. Elektrotechniek, mechanica en een beetje programmeren… je zit zelden stil. Vaak kun je via een BBL-traject werken én leren tegelijk, dus je verdient meteen geld. Persoonlijk vind ik dit een geweldige optie voor mensen die school “saai” vinden maar wel graag met hun handen werken.

5. Sociaal Werker – MBO niveau 4

Ben je goed met mensen? Kun je goed luisteren, helpen, begeleiden? Dan is sociaal werk misschien iets voor jou. Je werkt later bijvoorbeeld met jongeren, ouderen of gezinnen in moeilijke situaties. Je hebt géén universitaire psychologie nodig om hier een verschil te maken. Wat je wel nodig hebt? Empathie, betrokkenheid, en de wil om écht iets te doen.

6. Assistent Accountant – MBO niveau 4

Als cijfers jouw ding zijn, is dit een slimme keuze. Je leert boekhouden, belastingregels, en financiële administratie. Geen zware economische theorie, maar gewoon toepasbare kennis. En ja, je kunt hier later goed mee doorgroeien — naar HBO of zelfs een eigen kantoor. Een vriend van mij begon zo en runt nu z’n eigen boekhoudbedrijf. Geen uni, wel succes.

7. Handhaver Openbare Ruimte (BOA) – MBO niveau 3 of 4

Ooit gedacht aan werken in de handhaving? Als BOA ben je de schakel tussen burgers en politie. Je zorgt dat de regels worden nageleefd, en dat mensen zich veilig voelen in hun buurt. De opleiding is best intensief, maar je staat snel in het veld. En eerlijk: als je een beetje autoriteit hebt (of gewoon graag rechtvaardig bent), is dit een boeiend vak.

Dus… universiteit? Niet per se nodig.

Je hebt meer opties dan je denkt. En nee, kiezen voor een MBO-opleiding betekent absoluut niet dat je minder waard bent. Integendeel. Sommige van deze beroepen zijn keihard nodig — én goed betaald. Dus kijk rond, voel wat bij je past, en kies iets waar je blij van wordt. Da’s uiteindelijk het belangrijkste, toch?